Experimenten met LC kringen deel 8
<<Naar deel 7
Naar deel 9>>
Terug naar de index
Een stukje theorie:
Eén draad winding heeft een bepaalde inductiewaarde "L"
Als we de spoel meerdere windingen geven (aantal windingen =n, dus de
draadlengte wordt n maal zo lang), en de
magnetische koppeling tussen de windingen is zeer goed, dan wordt de totale
inductie: L.n²
Als er totaal geen magnetische koppeling tussen de windingen is, dan wordt de
totale inductie: L.n
Bij een beetje magnetische koppeling zal de inductiewaarde ergens tussen deze
waarden liggen.
Om een hoge inductie te krijgen moeten we de windingen dus veel magnetische
koppeling geven door ze dicht bij elkaar te plaatsen, zoals bij spoel
L16.
Maar als de windingen zo dicht op elkaar liggen, dan neemt de capaciteit
tussen de windingen ook toe, waardoor we niet meer op een hoge frequentie kunnen
afstemmen.
Ook nemen de diëlectrische verliezen toe, veroorzaakt door de isolatie van de
draden, waardoor de Q factor daalt.
Een 3 dimensionale spoel
Nu heb ik een spoel ontworpen waarbij de windingen zowel naast elkaar als
boven elkaar geplaatst zijn, in een soort 3 dimensionale structuur.
Dit vermindert de afstand tussen de eerste en laatste windingen, (vergeleken met
een spinnenwebspoel met dik draad) waardoor de inductie zou moeten toenemen.
Tussen de windingen bevindt zich een luchtruimte, en de windingen raken elkaar
op geen enkel punt.
![]() |
De windingen zijn zowel naast als boven elkaar geplaatst. De volgorde van de windingen is aangegeven met de kleine streepjes. De spoel heeft 37 windingen. |
De windingen hebben allemaal een vaste positie, onafhankelijk van de draaddikte.
De spoelhouder bestaat uit 2 zijplaten en 48 strips waar de draden overheen
lopen. Het materiaal van de spoelhouder is polypropyleen. |
Spoel L19 Totale draadlengte: 17 meter
|
Meting |
LC combinatie |
F min |
F max |
Q |
Q |
Q |
Q |
81 |
L19 C2b |
532 |
1976 |
342 |
349 |
433 |
455 |
Vergeleken met spinnenwebspoel L10 heeft spoel L19 minder inductie maar wel een hogere Q factor bij hoge frequenties.
Spoel L20
Totale draadlengte: 17,5 meter Voor 37 windingen is een lengte van 17 meter voldoende, |
Meting |
LC combinatie |
F min |
F max |
Q |
Q |
Q |
Q |
82 |
L20 C2b |
515,7 |
1872 |
1304 |
1304 |
1142 |
914 |
Spoel L20 heeft iets meer inductie dan spinnenwebspoel
L13
welke ook 17,5 meter draad heeft.
De Q factor van L20 is vergelijkbaar met spinnenwebspoel L13.
L20 heeft 17,5/17,0= 1,029 keer zoveel draadlengte dan L19.
De inductie van L20 zou dan (1,029)² = 1,059 keer hoger moeten zijn dan de
inductie van L19, dus 1,059 x 229uH =242,7 uH.
Dit komt dicht in de buurt van de waarde van L20, hieruit concludeer ik dat het
soort draad dat je gebruikt niet veel invloed heeft op de inductie.
Na meting 18 was mijn conclusie dat het soort draad
wel invloed heeft op de inductie, maar dat had waarschijnlijk meer te maken met
het feit dat met het dikkere draad, de spinnenwebspoel ook een grotere
buitendiameter krijgt.
Hierdoor vermindert de magnetische koppeling tussen de binnenste en buitenste
windingen en neemt de inductie af.
Maar als de draden een vaste positie hebben heeft de draaddikte weinig invloed
op de inductie.
<< Naar deel 7
Naar deel 9>>
Terug naar de index