Experimenten met LC kringen deel 6

<<Naar deel 5    Naar deel 7 >>
Terug naar de index

Van polypropyleen plaat heb ik nu een tafeltje gemaakt met een hoogte van 25 cm, er bovenop plaats ik de spoel , de afstemcondensator en de versterker.
De spoel is geplaatst op een 12 cm hoge steun van polypropyleen.
Op de versterker plaats ik een plaatje aluminium, en onder het tafeltje ligt een grote plaat aluminium welke is verbonden met de massa van de meetopstelling.
De massa van de generator is ook verbonden met de massa van de meetopstelling
De koppelspoel staat op gelijke hoogte naast de spoel van de LC kring.
Op de volgende foto zie je de complete testopstelling.

Omdat de LC kring nu op enige hoogte boven de houten tafel staat hoop ik de Q factor toeneemt.

In de nu volgende meting bepaal ik de invloed op de Q factor, van de aluminiumplaat onder de testopstelling en het plaatje aluminium op de versterker.
Er is alleen gemeten bij 1500 kHz.

Meting nr LC combinatie condities Q bij 1500 kHz
61 L9 C2b Zonder aluminium onder testopstelling
Zonder aluminium op versterker.
815
62 L9 C2b Zonder aluminium onder testopstelling
Met aluminium op versterker
828
63 L9 C2b Met aluminium onder testopstelling
Met aluminium op versterker
881

 

Nu ga ik de afstand tussen de spoel van de LC kring en de koppelspoel variëren, en meet de Q factor.
De afstand is gemeten tussen de buitenste windingen van de spoelen, dus bij 0 cm afstand raken de windingen van de twee spoelen elkaar.   

Meting nr  afstand spoel - koppelspoel (cm)  Q bij 1500 khz
64 40 891
65 35 881
66 30 881
67 25 881
68 20 881
69 15 876
70 10 897
71 5 907
72 0 839

De invloed van de afstand is minder dan ik had verwacht.
We zien een lichte toename in Q bij 5 en 10 cm.
Dit heeft misschien te maken met het feit dat op zo'n kleine afstand er ook een capacitieve koppeling tussen de spoelen is, die de inductieve koppeling tussen de spoelen zowel kan versterken als verzwakken.
Om de capacitieve koppeling te verlagen verbind ik de buitenste winding van de spoel altijd met massa.

In de volgende metingen plaats ik de spoelen op 20 cm afstand.


Spinnenwebspoelen op polypropyleen spoelhouders

Nu heb ik enkele spoelhouders gemaakt van polypropyleen, omdat dit materiaal minder verliezen geeft dan het schuim PVC dat ik eerst gebruikte.

Spoel L12

Draadlengte op de spoel: 14,5 meter en twee aansluitdraden van 0,25 m.
Totale draadlengte: 15 meter
Binnendiameter spoel: 6 cm
Buitendiameter spoel: 16 cm
Aantal windingen: 39,5
Draad: litzedraad 660x0,04
Materiaal spoelhouder: polypropyleen
Inductie: ongeveer 175 uH

Spoel L12 is ongeveer hetzelfde als spoel L9, alleen is de spoelhouder nu niet van schuim PVC maar van polypropyleen.
Het draad heb ik afgewikkeld van spoel L9 en gebruikt voor spoel L12, dit van wege de prijs van het 660x0,04 mm litzedraad.

 

Spoel L13 

Draadlengte op de spoel: 17 meter en twee aansluitdraden van 0,25 m.
Totale draadlengte: 17,5 m
Binnendiameter spoel: 6 cm
Buitendiameter spoel: 17,5 cm
Aantal windingen: 44
Draad: litzedraad 660x0,04
Materiaal spoelhouder: 3mm polypropyleen
Inductie waarde: ongeveer 230 uH

L13 heeft een langere draadlengte dan L12, en daardoor meer inductie.
Hierdoor is met L13 over de gehele middengolf af te stemmen met een 390 pF afstemcondensator. 

Bij de volgende meting is gebruik gemaakt van de meetopstelling die bovenaan deze pagina is omschreven.

Meting 
nr

LC combinatie 

F min 
kHz

F max 
kHz

Q
600 kHz 

Q
900 kHz 

Q
1200 kHz 

Q
1500 kHz 

73

L9 C2b 

604

2365

1183
0,0%

1168
0,0%

1043
0,0%

881
0,0%

74

L12 C2b

600

2346

1202
+1,6%

1214
+3,9%

1111
+6,5%

936
+6,2%

75

L13 C2b 

531

2073

1304
+10,2%

1285
+10,0%

1100
+5,5%

925
+5,0%

We zien dat door het toepassen van de polypropyleen spoelhouders de Q factor toeneemt in vergelijking met de schuim PVC houder in meting 73.


Bij het meten van de Q factor bij 900 kHz gebeurt er iets interessants.
Als de kring in resonantie is bij 900 kHz en mijn DDS signaalgenerator staat ook op 900 kHz, dan meet ik b.v. 3 Volt top-top amplitude op mijn oscilloscoop.
Maar dan zie ik de amplitude een klein beetje variëren (ongeveer 0,1 tot 0,2 Volt).
Dat variëren gaat met een frequentie van 3 Hz.
Als ik de frequentie van de DDS generator 3 Hz omhoog draai, neemt de frequentie van het variëren af tot o Hz.
Er moet een station zijn op 900 kHz dat interfereert met het signaal van mijn DDS generator.
Waarschijnlijk is dat station: RAI 1 in Italië op 820 kM afstand (600 kW vermogen).
Dat is verbazingwekkend omdat ik verder geen antenne aan de LC kring heb hangen.
Hieruit kan ook geconcludeerd worden dat mijn DDS generator een afwijking heeft van 3 Hz (bij 900 kHz).

Dit variëren van de amplitude doet zich alleen voor als de zon onder is, dus als er een goede ontvangst is van buitenlandse zenders.
Op 600 kHz, 1200 kHz en 1500 kHz komt dit niet voor omdat deze frequenties niet op het 9 kHz frequentie raster liggen welke in Europa gebruikt wordt.

 

<< Naar deel 5    Naar deel 7 >>
Terug naar de index